1. Halbe Hindricks 1 werd geboren circa 1690 in Noordhorn en is overleden op 3 maart 1764 in De Westerhorn, Grijpskerk,2 ongeveer 74 jaar oud.
Algemeen:
Halbe Hindricks is de oudst bekende stamvader in rechte lijn van alle Schripsema's. In 1711 kwam hij van Noordhorn, toen hij daar trouwde met zijn eerste vrouw. Hij gebruikte tot 1721 een boerderij bij Oxwerd. Zijn ouders kan ik tot nu toe niet vinden. De vader van Halbe Hindricks was vast een Hindrik. Mogelijk heette zijn moeder Anje of Geeske, gezien de namen van Halbes eerste dochters. De naam Frans voor zijn 8e kind is raadselachtig. | Halbe Hindricks is the oldest known primogenitor of all Schripsemas. In 1711 he came from Noordhorn, when he married his first wife. He was a farmer then at Oxwerd until 1721. So far, I cannot find his parents. Halbe Hindrick's father must have been a Hindrik, that's all I know. Possibly his mother's name was Anje or Geeske, regarding the names of Halbe's first daughters. The name of Frans for his 8th child is puzzling.
Notitie bij het onderzoek:
Halbe zou, gezien de vernoemingen, een zoon kunnen zijn van Hindrik Janssen van Tolbert & Antje Halbes van Niebert. Zij trouwden op 1-1-1677 in Tolbert.
Hierna wordt het gissen, maar wel interessant, zoals bij de broers en zusters van Antje Halbes. Haar vader was dus een Halbe. Volgens Andreas Oudman het volgende rijtje:
Halbe NN was born about 1624. NN and Halbe NN were married about 1648.
11. NN was born (date unknown).
Halbe NN and NN had the following children:
i. Hindrik HALBES was born about 1650.
5 ii. Antje HALBES, born abt 1652, Niebert.
iii. Ubel HALBES was born about 1658.
iv. Sipke HALBES was born about 1659.
v. Frans HALBES was born about 1660.
vi. Jan HALBES was born about 1660.
De namen Hindrik, Antje, Sipke en Frans komen in ieder geval voor bij de kinderen van Halbe Hindricks, maar zijn bovenstaanden werkelijk broers en zusters?
In 1705-1706 was Garbrand Wiersma (Wijrsema) van Oxwerd curator in zaken van Repke Jans Froma. Het zou best kunnen dat Halbe Hindricks deze beide mannen in zijn jeugd heeft gekend, want Halbe kwam in 1722 van Oxwerd bij Noordhorn om te gaan wonen op zijn nieuwe boerderij Ooster Froma, Lutjegast. Oxwerd is ook de plek waar zijn schoonmoeder Agnietje Luirts was geboren.
Bijzonderheden:
• Hij was op 11 december 1712 lidmaat op belijdenis te Noordhorn.
"... Nieuwe Ledematen zijn op belijdenis Halbe Hindrix en IJtjen Janssen Ehlieden op Oxuwert".
In 1721 woonde hij nog in Noordhorn en was hij daar "Diakon". In juli 1722 werd hij in Lutjegast ingeschreven, samen met Nieske Duirds, als lidmaten met attestatie.
Op 30 oktober 1726 was hij daar diaken. Op 26-10-1730 werd hij ouderling. In 1736 werd hij weer als ouderling ingeschreven. Vervolgens weer in 1749: "Den 26 Decemb. is door volle toestemming tot ouderling vercoren in plaats van Jan Hindrix Smit, Halbe Hindrix". In 1752 gaat Halbe Hindricks af en wordt opgevolgd door Claas Harms, om in 1754 opnieuw ouderling te worden. Tenslotte gaat hij weer af op 26 december 1756 om te worden opgevolgd door Cornelis Barnjes. Op 17 juni 1762 wordt zijn naam in een Acta Consistori genoemd onder de diakenen en ouderlingen die worden "geciteerd" bij de Hoge Justitiekamer om te delibereren over een geldkwestie. Hij behoort aan het eind echter niet tot de ondertekenaars. | He was a deacon on 30-12-1726, and an elder on 26-12-1730 and also in 1736, 1749, 1752 and 1754 till 1756.
• Hij gebruikte in 1721 72 grazen land op Oxwerd te Noordhorn. 3
Volgens het schat- of verpondingsregister van 1721 gebruikte Halbe Hindriks 54 grasen land van vrouw Canters en 18 grasen van de heer van Hanckema.
De huidige boerderij ligt aan de Rijksstraatweg 40 in Okswerd, iets ten westen van Noordhorn. Het is de derde boerderij links vanaf de boerderij Norrits in westelijke richting.
Op een kaart van 12 oktober 1659 staat het land van de boerderij getekend. Eigenaresse is dan "Vrouw Drostinne Canters", terwijl Jacob Reijntiens de gebruiker is. De grootte was 43 3/4 gras en 34 voeten.
In 1755 wordt deze boerderij, die dan door Enne Berends en Lubke Arends wordt gebruikt, door Canters' erfgenaam Harm Canter verkocht aan Hoofdman J. Wolbers. Hierna komt de eigendom in handen van de familie Geertsema van Sjallema.
Latere gebruikers, na Halbe Hindricks en Enne Berends, werden Pieter Klasen (Pol) en Aaltje Pieters (Barsema) en erfgenamen; Meindert Rijpkes Krijthe en Antje Ewolds Gorter; Abel Abels Iwema en Grietje Homan.
• Na 1722 was hij Eigenerfde op Ooster Froma te Lutjegast.
In dat jaar kocht hij de "behuisinge en beklemminge" van Ooster Froma en in 1726 nog 42 grazen land in de Westerhorn onder het Caspel Lutkegast. Daarmee voldeed hij aan de eis om Landdagcomparant te kunnen worden. Vanuit Ooster Froma kon hij de borg Rikkerda zien liggen. Dat was het huis van Daniël Onno de Hertoghe, Heer van Rikkerda en Feringa en daar zullen wel enkele van zijn contracten zijn getekend. | In 1722 he bought the rights and the house of Ooster Froma and in 1726 also about 57 acres of land in the Westerhorn in the community of Lutjegast. This gave him the opportunity to be a Member of the Convention of the Provincial Council of Groningen for twentytwo years (1727-1749). From Ooster Froma he could see the nearby castle of Rikkerda, which was the place to sign most of his contracts.
• Halbe woonde na 1722 op Ooster Froma in de Eijbersburen te Lutjegast. 4
Ooster Froma ligt in de Besheerspolder, ten westen van Sappemaheerd. Ten westen van Ooster Froma ligt de 14e eeuwse Wattemaheerd of Wattemastede waarvan zijn kleinzoon Jan Sipkes Wattema later de eigenaar werd. Zie verder de voetnoten. | Ooster Froma is situated west of Sappemaheerd, just like the 14th century Wattemaheerd or Wattemastede which was owned by his grandson Jan Sipkes Wattema, later. See also the footnotes.
• Hij bezat in 1726 42 grazen land in de Westerhorn te Lutjegast. 5
Op 21 Februari 1744 kochten Halbe Hindriks en Nieske Duirts nog meer land: "4 grasen groen Lant in de Westerhorn voor de somma van driehondert vijftien gulden vijftien stuivers van Dedmer Jacobs te Collum, namens sijn huijsvrou Anna Catarina Pytters"... | Halbe Hindriks and Nieske Duirts bought another "2 hectares of green land in Westerhorn to the tune of three hundred fifteen guilders fifteen nickels from Dedmer Jacobs in Collum, on behalf of his housewife Anna Catarina Pytters".
• Registratie Landdagcomparant: 21 februari 1726, in Lutjegast. 6
"Eodem [dezelfde datum, 21-2-1726] laat Halbe Hindrix registreren om als Eig:Erfde ten Landdage geadmitteert te worden een verzegelde koopbrieff de dato de 18 Februari 1726, waarmede verdedigt een heerdt land groot 42 grasen in de Westerhorn gelegen onder Lutkegast, Ooster Froma genaamt.
Idem eod. dato een papieren koopbrieff de dato de 30 Januari 1722 waarmede verdedigt zijn behuisinge en beklemminge van Ooster Froma onder Lutkegast met de volle quitantie van het coopschat onder deSelve."
Hierdoor kon hij tweeëntwintig jaar verschijnen als vertegenwoordiger voor Lutjegast op de Landdagen van Gedeputeerde Staten van Stad en Ommeland. Halbe Hindricks werd 11 keer voor 2 jaar aangenomen als Landdagcomparant. De 12e keer, in 1749, werd hij afgewezen. Het waarom staat er niet bij, maar misschien hangt het samen met een belangrijke wijziging van het Reglement Refermatoir in 1749. De onderkwartieren waarin de Ommelanden waren verdeeld werden afgeschaft om een einde te maken aan de machtstrijd onder de jonkers. In deze streek woedde de strijd tussen de huizen Feringa-Hankema-Bennema en Rudolf de Mepsche. Een onderdeel van hun politiek was het verzamelen van zoveel mogelijk stemmen op de Ommelander Landdagen door het aantal stemhebbende eigenerfden kunstmatig uit te breiden. Dit kon eenvoudig door de zgn. "schijnverkopen" zonder betaling van stukken land, zodat de "eigenerfde" boeren minstens 30 grazen land zouden bezitten. Na verloop van jaren werden sommige van deze schijnverkopen weer ongedaan gemaakt. In het proefschrift "Bloeitijd en verval van de Ommelander Adel" van H. Feenstra (RUG 1981) worden de namen van de betrokken boeren genoemd, o.a. een Jan Hindriks (mogelijk de meester smit op Eibersburen?), maar niet die van Halbe Hindricks. Mogelijk stond Halbe met zijn landbezit buiten deze schijnverkopen; zijn land werd later op een normale manier, na zijn dood, door zijn erfgenamen verkocht op 12 juli 1783.
• Geldzaken: Taxaties, tussen 1730 en 1731, Lutjegast.
Halbe moest 4 gulden betalen. Bij de 46 landgebruikers is dat boven het gemiddelde (2,6 gulden). Het hoogste bedrag was 12 en het laagste was 1 gulden.
• Geldzaken: Hij sloot verschillende leencontracten, 1738-1764, Lutjegast. 7
In een schuldbekentenis van 6 juni 1738 staat dat Jelle Popkes en Zeijke Fockes, eghteluiden woonagtig onder het Caspel Lutkegast, 250 Caroly guldens hebben geleend van Halbe Hindricks en Nieske Duirts. Verder is er een uitgebreide terugbetalingsregeling waarbij de E. Jan Hindricks de Jonge zich borg stelt in Cas van wanbetaling. Ondertekend met Erfzegul en naamsonderschrijving door jonker en Hovelinck D.O. De Hertoghe. | Jelle Popkes en Zeijke Fockes in Lutjegast borrowed 250 Guilders from Halbe Hindricks and Nieske Duirts. Jan Hindricks the Younger stood surety according to an elaborate refunding arrangement.
Op 2 juni 1757 zijn Geert Alberts (meester smit) en Diewerke Jacobs, ehelieden te Lutjegast, 100 Car. guldens schuldig aan Halbe Hindriks en vrouw. Op 6-2-1758 zijn ze ook nog 100 Car. guldens schuldig aan Haske Willems en 100 Car. guldens aan Jan Hindriks (meester smit op de Eijbersburen) en zijn vrouw Froukje Hindriks.
Vlak na de dood van Halbe Hindricks tekenen op 19 november 1764 Claas Egberts (meester smit) en Antie Willems, egtelieden, een schuldbekentenis. Zij zijn schuldig aan Sijmen Reijnjes en Froukie Jacobs, egtelieden, 200 gulden wegens 2 obligatiën; als de eene ten profijte van de erven van Haske Willems à 100 gulden en de ander ten profijte van wijlen Halbe Hindriks en Nieske Duirts, meede 100 gulden houdende ten laste van de smitsrije op de Eijbersburen. | Claas Egberts (master blacksmith) borrowed 100 Guilders from Sijmen Reijnjes and Froukie Jacobs and also 100 Guilders from Halbe Hindriks and Nieske Duirts, who took as security the forge near Eijbersburen.
• Hij was vreemde voogd op 3 mei 1752. 8
Na het overlijden van Jantien Jans, de vrouw van Barnje Harings, moest een akte van afkoop worden opgesteld. Hierbij werden de rechten van de pupillen op de nalatenschap van hun ouders afgekocht. Eerst werd dan de nagelaten boedel geinventariseerd. Bij de boedelinventaris op 3 mei 1752 waren aanwezig: Hans Jans als voormond; Claas Haarens [Harings, Harms?] als sibbe en Halbe Hindriks als vreemde voogd over een minderjarig kind van wijlen Jantien Jans bij Barnje Harings. Er blijkt ook nog een schuld van 12 gulden te bestaan aan Halbe Hindriks wegens landhuur; een schuld van 5 gulden aan Willem Dootjes, de schoenlapper; aan Pieter Hotzes [Venema?] wegens een lening; aan Jelmer Sikkes [Steenhuizen?] wegens landhuur en aan Jan Reinders een schuld van 2 gulden wegens nieuwe schoenen. | Hans Jans, Claas Haarens (Harings, Harms?) and Halbe Hindriks are appointed guardians to an underaged child of the late Jantien Jans and Barnje Harings.
Halbe trouwde met IJttjen Janssen op 8 februari 1711 in Noordhorn. IJttjen werd geboren in De Ruigewaard, Grijpskerk en is overleden vóór 1717.
Notitie bij het huwelijk:
Uit dit huwelijk zijn geen kinderen bekend. | From this marriage no children to be found.
• Zij kondigden hun huwelijk aan op 8 februari 1711 te Grijpskerk. Met attestatie naar Noordhorn: Halbe Hindriks, van Noordhorn & IJtjen Jansen, van De Ruigewaard.
Notitie bij het onderzoek:
In Grijpskerk wordt op 14-03-1684 een zekere IJttie Jansen als jongedochter gedoopt op belijdenis...
Dezelfde of een andere IJttie Jans van Grijpskerk is op 5-5-1692 in Grijpskerk getrouwd met Leenert Claassen van Kollum.
Zij doopten daar op 8-9-1695 een dochter Trijntien.
Twee jaar later doopten Leenerdt Claesen en IJdia Jansen daar nog een zoon Claas, op 27-6-1697.
Bijzonderheden:
• Zij was op 11 december 1712 lidmaat op belijdenis te Noordhorn. Het laatste Avontmaal deezes jars is gehouden den 11 Xbr zonder merkweerdige swaricheit. Nieuwe ledematen zijn op belijdenis:
Halbe Hindrix en IJtjen Janssen Ehlieden op Oxuwert.
Halbe trouwde vervolgens met Nieske Duirts,10 dochter van Duijrt Jacobs, van de Monnikedijck en Agnietje Luirts, op 14 februari 1717 in Noordhorn. Nieske werd geboren circa 1692 in Oostwold11 en is overleden vóór 12 juli 1783.
Huwelijk:
• Zij kondigden hun huwelijk aan op 31 januari 1717 te Noordhorn. Halbe Hindriks, van Noordhorn & Nieske Duirts, van Oldekerk.
Bijzonderheden:
• Zij was op 18 december 1712 lidmaat op belijdenis te Oldekerk.
"... 18 dec. 1712 is het Hoogwaardige Nachtmaal onses Heeren en Saligmakers J.C. de twee en tachtentigstemaal van mij bedient, en op ditmaal na gedane belijdenis als lidmaat mede toegelaten:
Nieske Duirts j.d. tot Oldekerk".
• Zij was op 14 juni 1716 lidmaat met attestatie van --- te Noordhorn.
"... Het twede avondmaal is gehouden d. 14 Jun: Met attestatie van [Visvliet = doorgestreept] is angekomen van Nijkerk Nieske Duirts." ["van Garnwert", lijkt er achter te staan, maar het staat er een beetje verdwaald, het kan ook boven de volgende regel staan].
• Zij was in juli 1722 lidmaat met attestatie te Lutjegast.
• Nalatenschap: verkoop van de boerderij, 12 juli 1783, Lutjegast. 9
Na het overlijden van Nieske Duirts werd Ooster Froma op een veiling door de gezamenlijke erfgenamen verkocht. De tekst van deze akte luidt:
"... Dat in eigenen perzoon voor mij gecompareert en erschenen zijn de E. Sipke Halbes en Antje Frankes, Egtelieden, en als gevolmagtigde van Duurt Halbes en Diewerke Hotses, Egtelieden en van Jan Hindriks, zoon van wijlen Hindrik Halbes en Feijke Jans, alsmede van Tonnis Jans als occuperende voor Halbe Hindriks en Trijntje Hindriks, de Wedman Harm Hindriks als Voormond en mede occuperende voor de E. Fridser Cornelles en Daniël Jans Kijstra, als Voogden te Zamen gesworen over de minderjarige kinderen van Wijlen Angenieta Halbes met Fridse Pieters in echte Verwekt, te Zamen als Erven en repraesentanten van Wijlen Nieske Duurts, Weduwe van Halbe Hindriks, Welke bekenden en beleden Stedevast en onwederroepelijk Verkogt op en overgedragen te hebben aan de E. Derk Aennes en Froukje Ruurts, Egtelieden, mede gecompareert en dezen accepterende een boerenbehuizing, Schuur en annexen benevens den Vaste altoos duirende beklemming der Landerijen daaronder gehorig, Staande en gelegen in de Westerhorn onder Lutkegast, oosterloma [sic] genaamt, groot in naam en faam twee en Veertig grazen, alsmede nog van Twaalf Grazen gelegen onder Grotegast, doende aan den Hoogwelgeborene Vrouwe A.H. Tjarda van Starkenborg, Douarière de Hertoghe, Vrouwe van Feringa, nomine liberorum als Eigenaresse tot een jaarlijkse vaste huur een Summa van een hondert zeven vijftig Guld, tien Stuiv, met een half kintje boter, en een Zoetemelks kaas, boven alle ord. en extraord. Lands en Carspel lasten, en zulks alzoo verkocht met Lusten, Servituten, lasten en Zwaarigheden voor een Summa van twee duizend Vijfhondert een Gulden elf Stuivers en 4 Duiten (Zegge ƒ 2501=11=4) Welke penningen der eersten met den Laatsen door de koperen Zijnde Voldaan, Wierden dezelven bij dezen gequiteert, ten Vollen en Zonder eenige reserve, en Van nu af gesteld, en bevestigt in den Vollen eigendom en geruste possessie van deze behuizing en der Vaste beklemming der Landerijen daaronder gehorig, belovende Verkoperen hetzelve te zullen hoeden Wagten en Waren voor alle actie evictie, en namaning Verbindende ten dien einde alle haare en in qlte hebbende, en toekomende goederen aan de parate reale executie, en Verder als na rechte, onder afstand van alle bedenkelijke exceptien, In Waarheids oirconde etc, tot Lutkegast, den 12 Julij 1783.
Was getekend
M. W. De Raadt"
| This is an auction by which Halbe Hindricks' and Nieske Duirts' heirs sell "Ooster Froma", the farmhouse, land and barns.
+ 2 i. Hindrik Halbes werd gedoopt op 26 september 1717 in Noordhorn en is overleden vóór 12 juli 1783.
3 ii. Duirt Halbes werd gedoopt op 29 januari 1719 in Noordhorn en is overleden in 1727-1730, op 8-jarige leeftijd.
+ 4 iii. Anje Halbes werd gedoopt op 18 mei 1721 in Noordhorn en is overleden in september 1753 in Lutjegast, op 32-jarige leeftijd.
5 iv. Geeske Halbes werd gedoopt op 7 augustus 1722 in Lutjegast en is overleden in 1722.
6 v. Geeske Halbes werd geboren op 5 september 1723 in Lutjegast en is overleden op 8 januari 1746 in Lutjegast, op 22-jarige leeftijd.
+ 7 vi. Sipke Halbes werd gedoopt op 23 februari 1727 in Lutjegast en is overleden na 22 februari 1799.
+ 8 vii. Duirt Halbes werd gedoopt op 4 juni 1730 in Lutjegast en werd begraven op 1 februari 1795 in Noordwijk.
9 viii. Frans Halbes werd gedoopt op 4 juni 1730 in Lutjegast,12 is overleden op 25 september 1730 in Lutjegast en werd begraven op 25 september 1730 in Lutjegast.
Notitie bij het onderzoek:
Waar komt de naam van deze jonggestorven Frans vandaan?
Twee naamgenoten doken op:
In Zuidhorn een oudere Frans Halbes van Tolbert x Cornelliske Meertens van Zuidhorn, 9-4-1682. En in Grijpskerk een Frans Halbes van Grijpskerk x Anke Fockes van Grijpskerk, 17-11-1695.
Later bleek het hier om één Frans te gaan die zich als lidmaat te Grijpskerk liet inschrijven.
+ 10 ix. Jacob Halbes werd gedoopt op 11 april 1735 in Lutjegast en is overleden na 2 september 1769.
11 x. Achnietha Halbes werd gedoopt op 29 december 1737 in Lutjegast en is overleden vóór 1740.
+ 12 xi. Agnieta Halbes werd gedoopt op 15 mei 1740 in Lutjegast en is overleden vóór 5 oktober 1777.
Startpagina | Inhoudsopgave | Achternamen | Naamlijst
Deze webpagina werd gemaakt op 24 juni 2024 met Legacy 9.0, een onderdeel van MyHeritage.com; inhoud copyright en onderhouden door de website eigenaar